Digi-Taal Festival zet laaggeletterdheid in de spotlight met taalspelletjes en voorleesplezier
Op 10 september 2024 vond bij de Bibliotheek De Groene Venen in De Batavier het Digi-Taal Festival plaats, van 14.00 tot 16.00 uur. Het evenement stond volledig in het teken van laaggeletterdheid en maakte deel uit van de Week van Lezen en Schrijven. De Batavier werd omgetoverd tot een Digi-Taalplein, waar bezoekers konden deelnemen aan allerlei activiteiten om hun digitale en taalvaardigheden te verbeteren. Er waren informatiestands over vrijwilligerswerk, mogelijkheden om taalspelletjes te spelen en zelfs korte lessen Nederlands.
Het festival had een open inloopprogramma, waardoor bezoekers op elk moment binnen konden lopen en zich konden aansluiten bij de diverse activiteiten. Zo konden zij luisteren naar voorleesverhalen, deelnemen aan een pop-up IDO-spreekuur, taalspelletjes spelen of informatie verzamelen aan de informatietafel. De focus lag op het vergroten van digitale vaardigheden en taalplezier voor jong en oud.
Ook aan de kinderen was gedacht, met activiteiten zoals voorlezen en lettersjoelen. Bezoekers konden genieten van koffie, thee, limonade en iets lekkers tijdens het festival, dat vrij toegankelijk was voor iedereen. Wethouder Frans Klovert bracht ook een bezoek aan het festival en nam deel aan lettersjoelen, waarbij deelnemers woorden moesten maken met letters die op de sjoelschijven stonden. Daarnaast was er een creatieve “waffelbar”, waar bezoekers wafels konden versieren en tegelijkertijd taalstapjes konden oefenen door het lezen van de bordjes met toppings.
De VoorleesExpress
Tijdens het Digi-Taal Festival was er ook aandacht voor de VoorleesExpress. Deze organisatie brengt vrijwilligers naar gezinnen toe om samen met ouders en kinderen voor te lezen en taalspelletjes te doen. Het doel is om de taalomgeving van kinderen te verrijken en het plezier in taal te stimuleren. De VoorleesExpress begon in 2006 als burgerinitiatief in de Utrechtse wijk Kanaleneiland, en is sindsdien uitgegroeid tot een landelijk netwerk dat jaarlijks duizenden gezinnen bereikt. Het programma richt zich op kinderen tussen de 2 en 8 jaar en bestaat uit een traject van 20 sessies. Het belangrijkste doel is om de taalontwikkeling te bevorderen door samenwerking met ouders en lokale partners zoals scholen en peutercentra.